De opstand van Warschau was een gewapende opstand in 1944 uitgevoerd door het Poolse verzet. Het doel was om Warschau van de Duitsers te bevrijden op het cruciale moment dat het Sovjetleger Warschau naderde. Het begon op 1 augustus om 17.00 en duurde 63 dagen. Deze militaire operatie met een politieke tint was helaas mislukt. De bewoners van Warschau vinden het belangrijk om deze gebeurtenis te herdenken. Daarom houden ze elk jaar op 1 augustus om 17.00 twee minuten stilte. In de avond houden de bewoners van Warschau een concert. Dit jaar was ik er weer bij!
Korte geschiedenis van de opstand
Op 1 augustus 1944, om 17:00 uur brak de opstand van Warschau uit. Het Poolse verzet nam op tegen de Duitse troepen die de hoofdstad van Polen bezetten. De opstand maakte deel uit van de ‘Storm’ georganiseerd door het Thuisleger. Op 1 augustus namen ongeveer 30.000 soldaten van het Thuisleger deel aan het gevecht. De kansen voor een succesvolle militaire actie waren niet hoog, of bijna nihil omdat slechts 10% van de soldaten gewapend was. De opstandelingen moesten tegen een volledig bewapende garnizoen van 20.000 Duitsers opnemen. De Duitsers konden ook rekenen op de steun van van buitenaf, zoals artillerie en luchtvaart.
De burgers sloten zich spontaan aan bij de opstandelingen en hielpen, bijvoorbeeld bij het bouwen van de barricades. Naast de troepen van het Thuisleger namen ook de soldaten van de NSZ (Narodowe Siły Zbrojne – Nationale Strijdkrachten) en het communistische volksleger (AL – Armia Ludowa) deel aan de opstand in Warschau. Helaas, vanwege het kleine aantal bewapende soldaten, weinig hulp van de geallieerden en van Sovjet-troepen die aan de rechteroever van de Vistula stonden te wachten, eindigde de opstand op 2 oktober 1944. Het duurde 63 dagen.
Gedurende meer dan twee maanden sneuvelden bijna 16.000 soldaten. Verliezen onder de burgers variëren (per bron) tussen 150.000 tot 200.000. Tijdens de gevechten werd 25% van de linkeroever van Warschau vernietigd. In de periode na de opstand, als gevolg van de systematische en geplande verwoesting van de stad door de Duitsers, werd meer dan 30% van de linkeroever van de hoofdstad vernietigd. De totale verwoesting van Warschau tijdens de Tweede Wereldoorlog bedroeg ongeveer 65%, waarvan de linkeroever zelfs meer dan 80%.
Gemoedstoestand tijdens de opstand
De langdurige opstand was een zware beproeving voor de honderdduizenden inwoners van Warschau. De opstand in Warschau was werkelijk een hel op aarde. De ongekende brutaliteit van de Duitsers en Oekraïners (in dienst bij het Duitse leger), het cynisme van de Russen, de hulpeloosheid van de geallieerden droegen bij de negatieve gevoelens van de inwoners bij. Warschau betaalde voor zijn dapperheid met veel levens van zijn inwoners. De meerderheid van de bewoners in Warschau hoorde niet bij het verzet en wilde alleen maar de bevrijding zien. Door de opstand werden ze plotseling en onverwacht meegesleurd in de draaikolk van gebeurtenissen, waardoor de dood en het lijden gedurende 63 dagen volgden.
Hart onder de riem steken… het zingen van de liedjes
In moeilijke tijden kan het zingen een manier zijn om je geest op te vrolijken en te verwarmen, om de beproeving te kunnen doorstaan. En dat is precies wat in deze nare omstandigheden gebeurde: er werden prachtige patriottische liedjes geschreven en gezongen. Dit was de manier om hart onder de riem te steken bij zowel de opstandelingen als bij de burgers. Dat waren soms grappige liedjes en soms liedjes met een enorme emotionele lading. De teksten, vaak ongecompliceerd, eenvoudig en aantrekkelijk voor de ontvanger, bevatten de waarheid over eer, strijd, broederschap, liefde en God. Vanwege de oorlog werden ze anoniem geschreven en verspreid. En zo ontstonden de anti-Duitse liedjes, in andere woorden de verboden liedjes.
De inwoners van Warschau zingen (niet) verboden liedjes
Sinds 2006 vindt een concert in Warschau plaats, elk jaar op 1 augustus. Dit is wanneer de bewoners van Warschau de oorlogshelden eren. Dat doen ze door middel van het zingen van de verboden oorlogsliedjes. Het concert heet ‘De bewoners van Warschau zingen de (niet) verboden liedjes’. Het woordje ‘niet’ staat tussen de haakjes omdat de liedjes eigenlijk niet meer verboden zijn. Deze liedjes roepen veel emoties op. Ze zetten de burgers van Warschau aan tot reflectie over de geschiedenis van de Poolse hoofdstad.
Het idee om deze liedjes te zingen komt uit de film van 1947, met de titel ‘Verboden liedjes’. In deze film vertelt een Poolse muzikant een verhaal over de verzetsbeweging en zijn activiteit in het verzet tijdens de oorlog.
De hele TV uitzending uit 2022 kun je hier vinden.
Onderdrukking van de opstand in Mokotów
Mokotów is een deel van Warschau waar ik 24 jaar woonde voordat ik naar Nederland verhuisde. Ik woonde niet zo ver van de plek waar ongeveer 140 oorlogsgevangenen in 1944 doodgeschoten werden.
In de avond van 26 september 1944, op bevel van de commandant van Mokotów – luitenant Józef Rokicki ‘Daniel’ – begonnen de eenheden van het Thuisleger met de evacuatie door de riolen naar het centrum van Warschau. Tijdens de chaotische evacuatie raakten sommige opstandelingen verdwaald in het riool. Per ongeluk verlieten ze het riool in het door de Duitsers bezette gebied bij Dworkowastraat. De opstandelingen werden gevangengenomen en kregen de opdracht om te knielen bij een hek. Toen één van de opstandelingen de spanning niet meer kon verdragen en het wapen van één van de Duitse soldaten probeerde af te pakken, schoot de Schutzpolizei alle gevangengenomen soldaten van het thuisleger neer, ongeveer 140 gevangenen.
Mars van Mokotów
De vieringen van de Opstand van Warschau beginnen om 11.00 uur in Mokotów. De Mars van Mokotów loopt door de Puławskastraat.
Het liedje ‘Mars van Mokotów’ wordt elk jaar tijdens het concert gezongen.
Door: M. Jezierski; muziek van J. Markowski
Nie grają nam surmy bojowe
I werble do szturmu nie warczą,
Nam przecież te noce sierpniowe
I prężne ramiona wystarczą.
Niech płynie piosenka z barykad
Wśród bloków, zaułków, ogrodów,
Z chłopcami niech idzie na wypad,
Pod rękę, przez cały Mokotów.
Ten pierwszy marsz ma dziwną moc,
Tak w piersiach gra, aż braknie tchu,
Czy słońca żar, czy chłodna noc,
Prowadzi nas pod ogniem z luf.
Ten pierwszy marsz to właśnie zew,
Niech brzmi i trwa przy huku dział,
Batalion gdzieś rozpoczął szturm,
Spłynęła łza i pierwszy strzał!
Niech wiatr ją poniesie do miasta,
Jak żagiew płonącą i krwawą,
Niech w górze zawiśnie na gwiazdach,
Czy słyszysz, płonąca Warszawo?
Niech zabrzmi w uliczkach znajomych,
W Alejach, gdzie bzy już nie kwitną,
Gdzie w twierdze zmieniły się domy,
A serca z zapału nie stygną!
Ten pierwszy marsz ma dziwną moc,
Tak w piersiach gra, aż braknie tchu,
Czy słońca żar, czy chłodna noc,
Prowadzi nas pod ogniem z luf.
Ten pierwszy marsz, to właśnie zew,
niech brzmi i trwa przy huku dział,
Batalion gdzieś rozpoczął szturm,
spłynęła łza i pierwszy strzał.
Ten pierwszy marsz niech dzień po dniu,
W poszumie drzew i w sercach drży,
Bez zbędnych skarg i próżnych słów,
To nasz krew i czyjeś łzy.
Naar eigen vertaling:
We hebben geen zurna om te spelen
En de kleine trommen maken voor ons geen muziek
Hetgeen zijn die nachten in augustus
En onze sterken armen genoeg voor ons
Laat een lied vanuit de barricades klinken
Tussen de blokken, steegjes, tuinen,
Laat het op reis gaan met de jongens,
Hand in hand, door heel Mokotów.
Deze eerste mars heeft een vreemde kracht
Hij klinkt zo in de borst dat je buiten adem raakt,
Tijdens de hitte van de dag of een koele nacht,
Hij leidt ons onder het vuur van de loop.
Deze eerste mars is de oproep
Laat hem klinken samen met de knallende geweren,
Het bataljon begon ergens een aanval,
Een traan biggelde en het eerste schot werd afgevuurd.
Laat de wind het lied naar de stad voeren
Als een fakkel brandend en bloederig,
Laat het aan de sterren boven hangen,
Brandend Warschau, hoor je dat?
Laat het klinken in de straten van onze kennissen,
In de steegjes, waar seringen niet meer bloeien,
Waar de huizen in forten zijn veranderd
Onze harten koelen niet af van enthousiasme!
Deze eerste mars heeft een vreemde kracht
Hij klinkt zo in de borst dat je buiten adem raakt,
Tijdens de hitte van de dag of een koele nacht,
Hij leidt ons onder onder het vuur van de loop.
Deze eerste mars is de oproep
Laat hem klinken samen met de knallende geweren,
Het bataljon begon ergens een aanval,
Een traan biggelde en het eerste schot werd afgevuurd.
Moge deze eerste mars van dag tot dag,
Tussen al het ruisen van de bomen in onze harten beven,
Zonder onnodig beklag en loze woorden,
Het is ons bloed en de tranen van iemand anders.