Stanisław Wyspiański was een Poolse schilder, ontwerper van glas-in-loodramen en toneelschrijver. Hij wordt gezien als één van de meest productieve en talentvolle Poolse kunstenaars. Wie was hij en wat kenmerkt zijn oeuvre? In dit artikel vind je informatie over zijn leven en een paar voorbeelden uit zijn kunstwerken.
Stanisław Wyspiański was op 15 januari 1869 geboren. Zijn vader Franciszek Wyspiański was een bekende Poolse beeldhouwer en had zijn atelier in de buurt van het Wawel kasteel. Zijn moeder Maria Rogowska stierf aan tuberculose in 1876. Door problemen met alcohol kon de vader zijn zevenjarige zoon niet opvoeden. Stanisław werd geadopteerd door zijn tante Joanna Stankiewicz en haar man Kazimierz. De familie Stankiewicz behoorde tot de burgerlijke intellectuele klasse in Polen die contact had met verschillende Poolse kunstenaars waaronder Jan Matejko. In hun huis maakte jonge Wyspiański kennis met de beroemde Poolse schilder. Matejko zag al snel in dat de jongen artistiek talent had en gaf hem zijn persoonlijke artistieke begeleiding.
Wyspiański zat op een middelbare school in Krakau die om verschillende redenen uniek was. Ten eerste, hoewel de Poolse taal in onderwijsinstellingen destijds verboden was onder het bewind van Oostenrijk-Hongarije, werden de lezingen op deze school wel in het Pools gegeven. Bovendien had deze school een duidelijke missie om haar studenten voornamelijk over de Poolse geschiedenis en literatuur te onderwijzen.
In 1887 ging Wyspiański aan de Jagiellonische Universiteit richting Wijsbegeerte studeren. Tegelijkertijd volgde hij colleges in kunst, geschiedenis en literatuur aan de Academie voor Schone Kunst in Krakau waar Jan Matejko de decaan was. Het was Jan Matejko die aan Stanisław Wyspiański vroeg om mee te werken aan de creatie van polychromie in de Mariakerk in Krakau.
De jaren 1890-1895 stonden in het teken van reizen. Wyspiański bezocht Italië, Zwitserland, Duitsland, Tsjechië en Frankrijk. Zijn verblijf in Frankrijk wordt beschouwd als een belangrijk punt in zijn artistieke leven. Hij studeerde daar aan de Académie Colarossi.
Tijdens zijn verblijf in Frankrijk leerde hij Paul Gauguin kennen. Samen bezochten ze kunstmusea en theatervoorstellingen. Wyspiański maakte tevens kennis met het oeuvre van Pierre Puvis de Chavannes waar hij diep onder de indruk was.
In augustus 1894 keerde hij terug naar Krakau, waar hij betrokken raakte bij de nationalistische kunstenaarsbeweging Młoda Polska (Jong Polen) en waar hij lid van werd. Jong Polen was een nationalistische beweging die opgericht werd door een groep Poolse componisten, musici en kunstenaars. De groep verzette zich tegen te modernistische kunststromingen, maar ook tegen de traditionele vastgeroeste ouderwetse romantische kunst. Het was toen dat hij een polychroom voor de Franciscaanse kerk ontwierp, dat samengesteld was uit bloemrijke, geometrische en heraldische motieven.
Bovendien heeft Wyspiański verschillende glas-in-loodramen ontworpen, zoals het fraaie glas-in-loodraam God de Vader.
In 1900 trouwde hij met Teodora Teofila Pytko, een boerin die al een zoon met een advocaat uit Krakau had. De bruiloft vond plaats pas nadat Teodora al twee kinderen van hem gebaard had. Destijds was het krijgen van buitenechtelijke kinderen een faux-pas. Bovendien was een relatie tussen een schilder en een boerin een mésalliance die zowel verbazing als bewondering heeft gewekt. Een jaar na de trouwerij heeft Wyspiański nog een zoon gekregen.
Een faux-pas of een mésalliance maakt voor mij echter niet uit. Het vader-zijn heeft positief bijgedragen aan zijn creativiteit. De schilderijen van zijn gezin maken mijn favoriete deel van zijn oeuvre.
Stanisław Wyspiański heeft ook een aantal toneelstukken geschreven waarvan ‘Wesele‘ (‘Bruiloft‘) uit 1901 het meest bekende is. Dit toneelstuk is een verplichte lectuur op de middelbare scholen in Polen.
Op 18 november 1907 overleed hij aan syfilis (naar verluid kreeg hij deze ziekte van één van Gauguin’s modellen Annah uit Jamaica).